woensdag 27 maart 2019

Ooh papa, ik lijk steeds meer op jou

Na een intensieve trainingsdag sluit ik achteraan in een langzaam rijdende flie. Mijn gedachten dwalen af, ik voel aan mijn lijf dat ik moe ben. De autoradio staat op 100%NL echt luisteren doe ik niet. Een piano start in

Ik heb dezelfde ogen
En ik krijg jouw trekken om mijn mond
Vroeger was ik driftig
Vroeger was jij driftig

De tranen rukken op vanuit mijn tenen. De grijze wolk hangt zwaar in mijn auto. De herinneringen flitsen pijlsnel door mijn hoofd. Opnieuw beleef ik voor de zoveelste keer zaterdagavond 7 januari 2017. Het telefoontje van mam toen wetende dat er iets gruwelijk mis is, niet wetende dat jij meegenomen werd door de dood. Nog een dikke twintig minuten waarin ik de meest wonderlijke combinatie kleding aantrok en ik leefde tussen hoop en vrees. Aangekomen bij het appartement van mijn ouders, de ambulances voor de deur, de paniek die me overmeesterde. De lift die ons langzaam naar de 7e etage wist te krijgen, snel de galerij over en daar in de deuropening het beeld van reanimerende ambulancebroeders. Hun inspanningen mochten niet meer baten. Niet veel later zaten we in de kamer nog niet beseffend dat ons leven compleet was veranderd in enkele minuten.

Ik heb dezelfde handen
En ik krijg jouw rimpels in mijn huid
Jij hebt jouw idee
Ik heb mijn idee

Op maandag heb ik vol verbijstering met paniek zo dichtbij naast je gezeten. Er viel niets meer te zeggen. Daar in die familie kamer was jij niet en toch bleef ik hoop koesteren dat je ineens rechtop zou gaan zitten. Dat dit een van je grappen was maar niets bleek minder waar. Geen knuffel, geen boks en geen kus meer. Minuten lang bleef ik naar je kijken. Ieder beeld sloeg ik op omdat dit het enige was wat ik nog vast kon houden. Dit wilde ik nooit vergeten. Mijn pap koud en stil in een kist. Ik wil schreeuwen, ik wil je door elkaar schudden maar ik doe niets. Geen traan, geen emotie, de wereld die niet meer draait. 

Maar jouw woorden 
Ze liggen op mijn lippen
En ik praat nu
Zoals jij vroeger praatte

Mijn wereld was stil. Niets kwam door de mist van verdriet heen. Als een robot volgde ik de rouwwagen. De sfeer in de auto gelaten. Ruitenwissers die me laten beseffen dat er nog iets leeft. Het klapperende rouwvlaggetje hinderlijk op mijn autoruit. Na de rouwbijeenkomst lopen we in een lange sliert achter je aan. De volle maan door de bomen terwijl de avond begint in te vallen. Ik duik weg in de kraag van mijn jas, zoek steun en bescherming bij mijn beste vriend. Hij houdt mij staande en trekt me mee deze nachtmerrie door. De laatste groet, bekende en onbekende gezichten, losse bloemen op jouw kist. Ik blijf kijken ook als jij al lang naar binnen bent gereden. Terug naar de aula besef ik me dat ik iedere meter zonder jou ga, nooit meer samen, nooit meer vader en dochter.

En jij gelooft in God
Dus jij gaat naar de hemel
En ik geloof in niks
Dus we komen elkaar na de dood 
Na de dood nooit meer tegen

De tranen stromen over mijn wangen. Er is nog geen minuut voorbij gegaan dat ik niet aan je heb gedacht. Ik neem je mee mijn leven in, om mijn nek zit een beetje van jou. Vaak vertel ik over je, mijn hoofd wil je niet loslaten. Ik zoek je in de wind, in de zon en in de spiegel zie ik je in mijn ogen. Daar vind ik je als ik weer eens verdwaal nu 2 jaar en bijna 3 maanden verder. Ik schrik wakker als ik niet meer weet hou jouw stem klonk, hoe je rook of niet meer weet hoe je eruit zag. Het verdriet mag er zijn, ik geef het op om er tegen te vechten. Jij nam een stukje van mij mee dat niemand kan helen.

Maar papa, ik lijk steeds meer op jou
Ooh papa, ik hou steeds meer van jou

Ooh papa, ik lijk steeds meer op jou...